De interessante najaarsexcursie 2017 vond plaats op zaterdag 4 november. De 28 deelnemers bezochten Kasteel Croy te Aarle-Rixtel en het kasteelmuseum van Helmond. Kasteel Helmond kent een nieuwe opzet en een herinrichting, die onder andere aandacht schenkt aan de archeologische vondsten van d’Oude Huys, de voorganger van het vierkante kasteel. Kasteel Croy wordt beheerd door de Stichting Geloof, Hoop en Liefde volgens de laatste wensen van freule Constance van der Brugghen. Het gebouw bevat de kantoren van enkele bedrijven en is normaal niet te bezoeken. Het lopend bouwhistorisch onderzoek hier verschaft ons echter een interessante entree. In de nabijgelegen Croyse Hoeve werd de lunch gebruikt.
Kasteel Croy
In afwachting van de resultaten van het lopend bouwhistorisch onderzoek wordt de stichting van het kasteel vooralsnog geschat op de tijd kort vóór 1477. In dat jaar kocht Jacob van Croy het namelijk van Rutger van Erp. Het westelijke zaalblok met aansluitende ronde toren zal er toen al hebben gestaan. De verdere uitbreiding zal grotendeels te danken zijn aan Cornelis van Bergen, die in 1494 eigenaar werd. Dat leverde de zuidvleugel op en een ingangspartij. Beide elementen voorzien van torens in een gotische stijl met opmerkelijke blindnissen. Ten noorden lag een voorburcht met twee torens en tenminste één bijgebouw. In de zeventiende eeuw werd de binnenplaats overkapt.
Literatuur: Eliëns, F.M., 1981, Kasteel Croy (Nederlandse Kastelen XLVI, NKS/ANWB). Beek, H. van, en W. Daniëls, 2007, Kasteel Croy, Eindhoven.
Kasteel Helmond
Tussen circa 1320 en 1402 werd in fasen, maar wel volgens een vaststaand concept door de heren van Helmond uit het geslacht Berlaer een forse vierkante burchtaanleg gerealiseerd. Deze omvatte drie woonvleugels met een afsluitende gekanteelde frontmuur, waarin de ingang zich bevond. Op de hoeken vier ronde torens, waarvan de laatste rond 1500 op hoogte werd gebracht. Na een grote brand in 1549 moest de westvleugel worden heropgebouwd en werd deze tevens vergroot. Tegelijk werd nu ook een poortvleugel opgetrokken. De spitsen op de voorste twee hoektorens zouden pas in 1654 terugkeren. Het kasteel wisselde enkele malen van bezetting tijdens de ‘Tachtigjarige Oorlog’, waarbij inkwartiering de meeste schade ver-oorzaakte. Het kasteel behield lang een strategische positie door zijn opname in een hoek van de stads- omwalling en de loop van de daarvoor omgelegde Aa. Na 1683 volgde een herstel met wat eigentijdse toevoegingen. Ook de laatste bewonersfamilie Wesselman liet eind achttiende eeuw restaureren. Ingrijpend voor het interieur en de binnenplaats was de verbouwing van 1920-1923, toen het kasteel werd ingericht als raadhuis. Van de aan de noordzijde gelegen voormalige voorburcht resteren momenteel nog twee hoektorens.
Literatuur: Glaudemans, R., en R. Gruben, 2001, ‘Bouwen en verbouwen aan het kasteel van Helmond, circa 1350-2000’ in N. Arts, H. Roosenboom en L. van Zalinge-Spooren (red.), De Kastelen van Helmond. Een machtscentrum aan de rand van de Peel, Helmond/Utrecht, 77-115. Gruben, R., 2016, ‘Een aangescherpte bouwgeschiedenis van het kasteel van Helmond’ in B. Aarts en R. Gruben (red.), Noord-Brabantse kastelen. Nieuwe ontwikkelingen in de archeologie en de bouwhistorie van het kastelenonderzoek (Het Brabants Kasteel 36, 2013), Tilburg, 32-50.
|